Bereiding
Pel de ui en schil de wortel, snij in grove stukken.
Breng 750 ml water met de kippenbouten, wortel, sjalot, tijm, laurier, kruidnagel, jeneverbessen en kippenbouillonblokje aan de kook. Laat 30 minuten op een zacht vuur garen.
Giet af, bewaar het kookvocht en haal het vlees van de bouten. Snijd het vlees fijn.
Smelt de boter, voeg de bloem toe en laat 1 minuut al roerend bakken.
Blus geleidelijk aan met 400 ml van het kookvocht van de kip. Blijf roeren tot de saus voldoende is ingedikt.
Zet de pan van het vuur en kruid bij met peper, zout en enkele druppels citroensap.
Rol met natte handen kleine balletjes van ongeveer 2 cm diameter van het gehakt.
Snijd de champignons in fijne plakjes. Verhit een scheutje olijfolie en bak de balletjes en champignons gaar en goudbruin. Kruid met peper en zout.
Voeg de kip, balletjes en champignons bij de saus.
Neem een uitsteekvorm van ongeveer 12 cm dia, of een soepkommetje en duw uit alle vellen bladerdeeg een cirkel.
Leg de helft van de cirkels op een met bakpapier beklede bakplaat. Beleg het midden van de rondjes met 2 eetlepels vol au vent.
Wrijf de randen in met eigeel, bedek met een tweede rondje en duw de randen aan. Bestrijk de bovenkant met eigeel.
Plaats in een voorverwarmde oven op 185°C gedurende 22-25 minuten of tot mooi goudbruin.
Serveer meteen. Lekker met een slaatje naar keuze.
Wat vond je van dit recept?
Laat het ons weten door dit recept een rating te geven.