Proefritje Antwerpen: 5x de lekkerste streekproducten

Zit je – net als ons – op het puntje van je stoel om een zomerse uitstap te maken? Wij nemen je mee voor een culinaire trip door de provincie Antwerpen. Van fijne vleeswaren tot zoete zonde, maak kennis met 5 traditionele streekproducten om van te smullen. Staat je picknickmand al klaar?

Filet d’Anvers

Filet d’Anvers is een broodbeleg van gezouten, gedroogd en gerookt rundvlees. Deze klassieker onder de fijne charcuterie is ontstaan in Antwerpen, maar vond haar weg tot ver buiten ‘t Stad. Door het rundvlees te zouten en te roken, konden de Antwerpse slagers hun koopwaar langer bewaren.

Het flinterdunne rundvlees smaakt heerlijk op een pistolet, maar je kan het ook eten als carpaccio, reepjes toevoegen in een soep of in een salade. Haast je naar de dichtstbijzijnde slager!

Trappistenkaas

Dat je in Westmalle terechtkan voor een lekkere trappist, hoeven we je niet te vertellen. Maar de monniken zijn ook uitstekende kaasmakers. Sinds 1860 maken ze trappistenkaas met de melk van hun eigen koeien. Tot 2015 kon je enkel een stukje kaas bemachtigen aan de abdijpoort, tegenwoordig is de kaas ook beschikbaar in enkele handelszaken in de buurt.

De trappistenkaas van Westmalle is beschikbaar in een rijpingsduur van 2, 6 en 12 maanden. Kenmerkend is het lage zoutgehalte. Geniet ervan op de boterham of in een kaasschotel.

Kandijsuiker

Zoetebekken kunnen in Antwerpen hun hartje ophalen. Candico - de grootste kandijproducent ter wereld - is gevestigd in de Scheldestad. De geschiedenis van kandijsuiker gaat eeuwen terug, naar de tijd waarin de eerste ladingen suikerriet via de Schelde ons land werden binnengebracht. Antwerpen was lang het grootste suikerverwerkingscentrum ter wereld.

Kandijsuiker – ook wel bruine suiker genoemd – is een heerlijke smaakmaker bij pannenkoeken, in speculaas of brownies. Ook voor de zoete toets in bruin bier doen brouwers soms beroep op kandijproducten. Grote kans dat jij dit streekproduct nu al in de keukenkast hebt staan.

Molse kipkap

In Mol heet het kipkap, maar jij kent de vleeswaren misschien als kopvlees, hoofdkaas of preskop. Kipkap ontstond voor de introductie van de vleesmolen en is een van de oudste vleesbereidingen in ons land. De herkomst van de naam verwijst naar het fijn hakken of kappen van vlees.

Molse kipkap is zeer fijn gemalen, licht gekruid en licht zuur. Pure azijn geeft de kipkap zijn frisheid. Proef zeker ook eens de variant met mosterd, een recept dat in Mol al 3 generaties lang meegaat. Heerlijk op de boterham of met gekookte aardappelen en ajuinsaus.

Kontichse specfour

Is er nog plaats voor een dessertje? Ga in Kontich op zoek naar een stukje gevulde speculaas, de Kontichse specfour. Deze zoete zonde is gevuld met kokos, de bruine speculaaskorst is broos en op smaak gebracht met kaneel en Amaretto.

De Kontichse biscuitier Jos De Backer bracht in 1927 specfour op de markt. In 2012 werd het recept op punt gesteld door 3 Kontichse bakkers en sindsdien is het gebak weer razend populair.