Spruitjes
Spruiten zijn een typisch Vlaams product. De teelt bleef decennia lang beperkt tot Vlaanderen, vooral de omgeving van Brussel. Vandaar de namen choux de Bruxelles, Brussels sprouts, Brüsseler kohl, col de Bruselas.
De groente is verwant aan de sluitkolen, witte kool en spitskool. Spruitjes groeien niet op de grond, maar in de okselholten van een rechtopstaande koolplant. Spruitjes zijn een typische wintergroente en hebben een zeer uitgesproken smaak.
Kwaliteit
Zorg er bij aankoop steeds voor dat de spruiten mooi groen zijn. Het kooltje moet stevig en gesloten zijn.
Bereiding
Spruiten hebben een mild-bittere koolsmaak. Ze worden voornamelijk als hoofdgerecht gegeten. Je kan gaan voor een heerlijke klassieke stamppot, maar probeer ze ook eens in combinatie met appel of pompoen. Die maken de smaak wat zoeter.
Snijd de onderkant van de spruitjes af, verwijder eventueel een paar losse blaadjes en was ze grondig. Zet ze op in ruim water en kook acht tot dertien minuten. Bij grote spruiten kan je het stronkje kruisvormig insnijden om de kooktijd te beperken. Wist je dat je de ‘spruitjeslucht’ kan voorkomen door wat melk of een ui met de spruiten mee te koken?
Voedingsinformatie
Spruiten zijn bijzonder rijk aan vitamine K. Per portie (200 g) brengen spruiten meer dan 6 keer de aanbevolen dagdosis vitamine K aan. Vitamine K staat bekend als het stollingsvitamine. Zonder vitamine K is geen normale bloedstolling mogelijk. Daarnaast is ook een gezonde voeding en levensstijl van belang.
Bewaring
Spruiten zijn gevoelig voor uitdrogen. In de koelkast kan je spruiten 5 à 7 dagen bewaren. Verwijder de buitenste blaadjes en snijd de wortelaanzet onderaan weg.
